Naar de inhoud
Lees voor

Column: (Tijd)reislezen

29 juli 2024

Op reis gaan is niet voor iedereen een optie. Het is zelfs niet iedereen gegeven om zich lezend van hot naar her te verplaatsen. Terwijl dat toch een relatief goedkope manier van reizen is. Hoewel ik het me best kan veroorloven, ga ik niet heel vaak op reis. Ik ben wel eens ergens, maar meestal maar voor een paar dagen. Omdat die dagen altijd langer duren dan de dagen thuis, voelt elk uitje al snel als een volwaardige vakantie.

Waar ik wel tamelijk goed in ben, is reizen herbeleven door te lezen. Met grote graagte en heel (doel)bewust laat ik me met enige regelmaat terugvoeren naar plaatsen waar ik zelf in een ver of recenter verleden ben geweest. Dankzij Das Buch von der Riviera van Erika en Klaus Mann belandde ik in Ceriale en Alassio waar ik als kind zandkastelen bouwde en slakken uit stenen muurtjes peuterde. Was ik weer even terug in Nice, waar ik niet de kans kreeg om te flaneren op de Promenade des Anglais. Zelfs Monte Carlo deed ik dankzij deze beruchte broer en zus weer even aan. Monte Carlo waar ik zonder overtuiging een gokje waagde in het casino, en daarna decent gekleed in de kathedraal het graf van Grace Kelly / prinses Gracia bezocht.
Dat was in hetzelfde jaar dat ik een paar uur in Genua was, waar ik – onbezonnen, maar vol overtuiging en niet helemaal onvoorbereid – tussenbeide kwam om zakkenrollers de pas af te snijden. Ik zag het mezelf weer doen, toen al op een van de eerste pagina van La Suberba van Ilja Leonard Pfeijffer een kansloze bestolene het hollend aflegde tegen een kleine ladro.

Een boek waar ik hoge verwachtingen van had wat betreft de sentimental journey die in het verschiet lag, was Het zoutpad van Raynor Winn. Ik hoopte via haar boek nogal wat plaatsen van weleer aan te doen, want verdeeld over verschillende vakanties liep ik een groot deel van de route die zij met haar man Moth aflegt. En hoewel ik tijdens het lezen weer even terug was in Pendeen waar de misthoorn begon te loeien, toen ik in de vuurtoren de fresnellens bestudeerde; in St. Ives waar ik het zomerhuis van de familie Woolf over het hoofd zag; in Lynmouth waar ik vanuit een phone booth aan de oever van de East Lyn River (het kan ook de West Lyn River geweest zijn) naar huis belde om te laten weten dat alles nog steeds goed ging en in Newlyn waar ik op het hoofd van een olijke visser die een lading verse vis aan land bracht een Hamlet-pet ontwaarde, stonden er steeds als ik in de buurt kwam van een dierbare herinnering personages en passanten tussen mij en het verleden. Daardoor kostte het me tijdens Het zoutpad meer moeite dan tijdens Das Buch von der Riviera en La Suberba om terug te keren naar een vroegere versie van mezelf.

Waar tijdens het reislezen de schrijvers zijn, lijkt het op waar ik was. Wat zij waarnemen, lijkt op wat ik er zag, maar verschilt ondanks dat wezenlijk van wat mij bijgebleven is.
Daar komt bij dat de schrijvers in de verhalen die zij vertellen nadrukkelijk een rol voor zichzelf opeisen. Met het groeien van het aantal kilometers dat zij maken, groeien de Manns, Pfeijffer en Winn in hun rollen – de eersten doen zich voor als Reiseleiter die het beter weten dan (de) Baedeker; de derde ironiseert zich een weg door straten en stegen van zijn hoogmoedige nieuwe thuisstad, de vierde manifesteert zich als underdog die terugkomt uit geslagen positie – en laten ze zich meer en meer in hun kaarten kijken. Eenmaal onderweg gaat het hun steeds minder om de Côte d’Azur, de Bloemenrivièra, Genua aan Zee, de Engelse kust en het South West Coast Path. Het zijn de/hun karakters die een hoofdrol opeisen.

Terwijl ik tijdens het lezen uitkijk naar herkenningspunten die kunnen fungeren als herinneringsgeneratoren, is het landschap voor de respectievelijke schrijvers uiteindelijk toch vooral bijzaak. Ook al kunnen Das Buch von der Riviera, La Superba en Het zoutpad zich echt alleen maar op de beschreven plekken afspelen, het gaat ook in die boeken uiteindelijk toch vooral om wat mensen – personen en personages – in dat decor meemaken.
Hoe meer ik opga in hun verhalen, hoe lastiger het wordt om me ook nog te herinneren wat ik daar zelf deed en wie ik toen was, zoveel jaar geleden.
Voor je het weet is er van (tijd)reislezen geen sprake meer, maar zit je gewoon een boek te lezen. Zoals ik dat het hele jaar door al doe. En dat was niet de bedoeling: het is tenslotte vakantie.

Een column van Liliane Waanders

op de hoogte blijven?

Schrijf je in op onze nieuwsbrief en ontvang elke maand de leukste lees- en luistertips in je mailbox! Je e-mailadres wordt alleen gebruikt voor het versturen van onze nieuwsbrief en niet gebruikt voor andere doeleinden.

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.