Leestip Duits: Tijl
Tijl is een epos over de overlevingskunsten van een jongleur in een door de Dertigjarige Oorlog uit zijn voegen geraakte wereld. Het werd geschreven door de al vele prijzen winnende Daniel Kehlmann (1975, Duitsland). José Jegen (werkgroep Duits) doet uitgebreid verslag over haar favoriete Duitse boek.
Auteur
Daniel Kehlmann is een Duitse schrijver, geboren in 1975 en al sinds 1997 actief als romancier. Hij maakte naam met ‘Het meten van de wereld’ een filosofische avonturenroman over het leven van twee genieën: Alexander von Humboldt en Carl Friedrich Gauss; een geraffineerd spel met feit en fictie, en veel humor. Kehlmann heeft al vele prijzen gewonnen, waaronder de Kleist-Preis 2006, de WELT-Literaturpreis 2007 en ook de Thomas-Mann-Preis. Kehlmann woont en werkt in New York.
Het verhaal
Tijl is een eenling, een kunstenaar, gelooft niets en niemand. Hij trekt zijn eigen plan en... overleeft. We leren hem kennen tegen de achtergrond van de Dertigjarige oorlog. Hij komt uit een klein dorp, waar de meeste mensen ongeletterd en arm zijn, het nieuws uit de grote wereld vernemen van rondtrekkende lieden. Hoe oud is het nieuws als het de dorpelingen bereikt? En hoe waar is het? Tijl blijft niet in zijn geboortedorp. Hij heeft zichzelf leren koorddansen en gaat rondtrekken om de mensen in de dorpen te amuseren. Samen met zijn vriendin Nele vormt hij een inspirerend danspaar.Onderweg beleeft hij fantastische avonturen. Tijl ontmoet de wetenschappers Adam Olearius, wiskundige, Ruslandreiziger en protestant en de Jezuïet Kircher (‚Ars magna lucis et umbrae‘) op het kasteel Gottorf in Sleeswijk. Zij hebben zo hun eigen opvattingen over de pest. Kircher wil uit drakenbloed een medicijn tegen de pest ontwikkelen en hangt een nieuwe wetenschappelijke richting aan; door experimenten kennis verzamelen. Tijl maakt de laatste veldslag van de dertigjarige oorlog mee in Brünn. De keizer in Wenen wil hem als hofnar hebben. Daarvoor woont hij bij Elisabeth, de dochter van de Engelse koning James I, getrouwd met de winterkoning. Zij is verbannen naar Den Haag. Haar man, Frederik V, koning van Bohemen en keurvorst van de Pfalz is verdreven.
In deze roman wordt met historischen feiten gespeeld. Tijl stamt oorspronkelijk uit de Middeleeuwen. Hier leeft hij in de 17e eeuw. Ook met andere historische figuren zoals de winterkoning of pater Tesimond gaat de auteur vrijelijk om.
Tijl is ondanks zijn bescheiden status als koorddanser een zeer gelaagd figuur. Je kunt hem vergelijken met de huidige çomedians’. Hij is geestig maar ook kritisch. Zijn optredens in de dorpen voeren de lezer naar ‘de gewone man’, als hofnar komt Tijl in de wereld van de ceremonies en diplomatie. In deze roman vind je geen actuele problematiek; geen relatieproblemen of afrekeningen met ouders, geen politiek gekrakeel tussen links en rechts, geen gedoe over migranten. Maar de vaart in de concrete en universele taal, de humor en spot maakt voor elke lezer de analogie tussen toen en nu herkenbaar.
Thema
Kehlmann thematiseert de vrijheid van het individu en de kunst. Tijl leeft van zijn unieke talent. Hij behoudt altijd zijn vrijheid en kan tot slot aan het keizerlijk hof blijven, met Elisabeth meegaan of terug gaan naar het bos. Twee werelden worden met elkaar geconfronteerd, die van de kleine luiden tegenover de machthebbers en krijgsheren. Een derde dimensie vormt de tussenlaag; clerus, wetenschappers, juristen, diplomaten. Zij zijn de hulpjes van de elite maar kunnen zich ook met de kleine luyden verbinden. Allemaal zoeken ze naar antwoorden op de vragen van het leven. Allemaal zijn ze bijgelovig, ook geleerden zoals Kircher die naar een medisch antwoord in de dracontologie zoekt, terwijl eenvoudige mensen die op zoek zijn naar kennis, zoals de vader van Tijl door de clerus bestraft worden.Vertellers
Er wordt op een lichte toon verteld over ingrijpende ervaringen zoals liefde en geweld. Het eerste hoofdstuk is een introductie en heeft een ‘wij’-vertelperspectief. De volgende 8 hoofdstukken kennen een polyfoon perspectief, waarbij een auctoriale verteller steeds een andere ‘stem’ kiest. Zo kan de lezer zich goed inleven. Zodra Tijl en Nele optreden worden veel dialogen gebruikt, die de levendigheid ten goede komen.Feit en fictie
In ruim 400 bladzijden wordt verteld over de eenling Tijl in tijden van verwarring. De oorlog veroorzaakt een geweldige chaos. Orde blijkt iets heel fragiels te zijn. Beschreven wordt hoe arm het land is geworden door de oorlog; de bossen gekapt, de dorpen verwoest, de velden braak, de oogsten verbrand en de bronnen vervuild. Wie er ook door de streek trok, Protestanten, Katholieken, Zweden of de keizerlijke soldaten; ze verwoestten alles. Voor ‘het volk’ zijn geweld, ziekte, armoede, honger, en dood de constanten. Zij wonen in anonieme bossen en dorpen maar wel allemaal in het Heilige Roomse Rijk. Het laat zich gemakkelijk manipuleren. Als verlossing uit al deze kwellingen wendt men zich tot alchemie, kruidenheelkunde en magie uit boeken. Machthebbers blijken profiteurs (keurvorst Frederik V) en opportunisten (het Zweedse kamp, het keizerlijke kamp, het katholieke en het protestantse kamp). Hun verblijfplaatsen worden met name genoemd; slot Gottorf, Zusmarshausen, het klooster Melk of Andechs.Kehlmann geeft zijn eigen draai aan de geschiedenis. Hij gebruikt komedie-achtige figuren uit het werk van Shakespeare. Tijl en Nele trekken met Romeo en Julia als klucht door de dorpen, een soort parodie zoals de ambachtslieden in Midzomernachtsdroom, ook de scene van de geleerden in de koets op zoek naar een draak is clownesk. Tijl leert de wereld van Shakespeare door Liz kennen. De gruwelijkheden van de Dertigjarige oorlog kent hij van H. von Grimmelshausen: Der abenteuerliche Simplicissimus, een roman uit de 17e eeuw, die in het Duits was geschreven en bijzonder beeldend en realistisch over de gruwelen verhaalde.
Er zit ook veel Umberto Eco in de roman, dwz. veel postmoderne grappen, veel plezier aan het mixen van feit en fictie, met verzonnen karakters, die historisch gedocumenteerde dingen beleven. Kortom, een frivole omgang met de spullen uit de grabbelton van de cultuurgeschiedenis.
Richard Kämmerlings in der Welt am 11.10.2017:
‚Die Kunst ist eine Gegenwelt, in der nicht der Ernst des Lebens
und die Mühe alltäglicher Fron herrschen, sondern pure Leichtigkeit.‘
…als Rechtfertigung jener (Erzähl-)Kunst, die auf Unterhaltung setzt,
auf Tempo und Spannung, Witz und Wirkung.
Op het internet
Presentatie van ‘Tijl’ in Oostenrijk.Interview waarin Kehlmann spreekt over zijn angst voor het heden en comedy als wapen. Bestaan er parallellen tussen Tijl en Trump?