De macht van het verleden

Politici gebruiken geschiedenis voor hun politieke doeleinden. De meest in het oog springende politicus, die de geschiedenis van zijn land op zijn eigen manier herschrijft, is Vladimir Poetin. Hij is niet de enige: ook andere ambitieuze leiders als Erdogan, Xi Jinping of Kaczynski zijn er goed in, allemaal spelen ze met historische feiten alsof het een kaartspel betreft waaruit je naar believen kaarten kunt trekken. Ook in democratieën zijn er stromingen die de geschiedenis van hun land op eigen wijze interpreteren teneinde het volk op een bepaalde manier te positioneren in de wereld: als martelaar of juist als grote overwinnaar. Heimwee naar een verleden, waarin ‘alles beter was dan nu’, speelt vaak een rol. Buitenlandse mogendheden worden dikwijls neergezet als potentiële belagers.

De auteur behandelt in vijf opstellen hoe de interpretatie van de eigen geschiedenis wordt gebruikt door politici. Hij concludeert dat de geschiedwetenschap belangrijke taken heeft: het benaderen van geschiedkundige ontwikkelingen van diverse kanten en het tonen van het internationale perspectief. Dit voor onze tijd belangrijke boek bevat een schat aan feitenmateriaal en is uiterst leesbaar geschreven.