Alice in Wonderland
Lewis CarrollAls Alice op een bloedhete zomerdag opeens een wit konijn ziet langskomen, is dat het begin van een wonderlijk avontuur. Ze achtervolgt het konijn, valt in een schacht en komt terecht in een bijzondere droomwereld. Alice ontmoet wonderlijke figuren, zoals de Kollumer kat, de Hoedenmaker, de Rups, die heel groot lijkt omdat zij zelf heel klein is, en natuurlijk de koningin, die het liefst ieders kop eraf hakt. Oorspronkelijk vertelde Carroll het verhaal tijdens een boottochtje aan Alice Liddel, het dochtertje van een kennis. Dit zou de indruk kunnen wekken dat het hier om een kinderboek gaat. Maar Alice is veel meer dan dat. In de loop der jaren is het verhaal op allerlei manieren geïnterpreteerd. Er zouden Freudiaanse aspecten zijn, metafysische, feministische, taal filosofische. Het werk zou Victoriaanse normen en waarden aan de kaak stellen. Het werd zelfs een cultboek voor hippies.