Waarom een schilderij werkt

Benschop, schrijver en tentoonstellingsmaker, bezoekt de ateliers van vele hedendaagse schilders. Hij spreekt de kunstenaars en beschrijft het werk. In zijn essays probeert hij, middels de wisselwerking tussen het gesprek en de beschouwing, helder te krijgen waarom een schilderij werkt; op welke wijze het betekenis heeft en het kan overtuigen. Daar is geen eenduidig antwoord op, zeker niet omdat tegenwoordig alles lijkt te kunnen. Aan de orde komen niet alleen de beeldmotieven, het kleurgebruik en de wijze waarop de verf is aangebracht, maar vooral de houding en ideeën van de kunstenaar. Wat zijn de drijfveren, het wereldbeeld of de visie van de kunstenaar? Jurriaan Benschop wil de lezer voorzien van ‘gereedschappen’, woorden aanreiken die de kijker uitrusten voor een gesprek. Een gesprek over de betekenis van een schilderij. We maken kennis met het werk van een grote groep, zeer diverse, (on)bekende schilders. Kunstenaars als Lara de Moor, Anna Tuori, Daniel Richter, Paula Rego, Peter Doig, Louise Bonnet, Beatrice Dreux, Rezi van Lankveld, Matthias Weischer, Kaido Ole, Elisabeth Frieberg, Marc Mulders, Mark Lammert, Jessica Stockholder, Beverly Fishman en Marc Trujillo.

Wie op basis van de titel 'Waarom een schilderij werkt' een bepaalde (kijk)methode verwacht, komt bedrogen uit. Het gaat over de vraag hoe we over kunst spreken en schrijven. Met zijn aftastende, literaire stijl helpt Benschop hedendaagse kunst te doorgronden en vertelt, bijna terloops, waarom museum- of atelierbezoek zo vervullend kan zijn.